zaterdag 27 augustus 2022

Twaalfde Zondag na Pinksteren - Barmhartigheid

Wie zou het normaal vinden als de Zondagsrust en het verbod op slafelijke arbeid die dag, zó werd uitgelegd dat elk beroep zich hier aan moest houden? De gevolgen zouden verschrikkelijk zijn. Dan zouden de hulpverleners, politie, ambulance, ziekenhuispersoneel en zelfs de brandweer niet meer uitrukken. Dan zouden alle ongelukken rampen worden en branden uitgroeien tot een catastrofale vuurzee met doden en gewonden. Dan zouden de zieken sterven wegens een gebrek aan hulpvaardigheid en medicijnen en dan zouden de doodgravers overwerkuren moeten maken. Deze rampen zijn dus mogelijk als wij geen barmhartigheid aan een ander betonen en vinden dat een wet voorrang moet hebben. Zulk gedrag is zeker te veroordelen.

Christus heeft ons geleerd dat de Sabbatwet en de Wet nooit zo absoluut kunnen worden uitgelegd dat het ons van barmhartigheid zou uitsluiten en geeft ons in het H.Evangelie voorbeelden dat er dus op Sabbat wel degelijk mag worden genezen en dat men niet ontslagen is van het doen van hulpverlening (de kalf uit de put trekken). 

In het Evangelie van de Liturgie in de Buitengewone Vorm, lezen we ook deze keer over het geven van barmhartigheid. Hoe een priester en een leviet een half doodgeslagen man nabij Jericho laten liggen omdat hun interpretatie van de Wet van Moses het niet toeliet deze man te helpen. De Leviet had mogelijk gedacht een lijk te zien liggen, en wilde zich volgens de Wet van Moses niet verontreinigen. Ook de priester zal dat mogelijk gedacht hebben. 

Maar een Samaritaan ontfermde zich over de half-dood geslagen man. Een duidelijk les voor ons om gemarginaliseerden niet links te laten liggen, maar deze mensen een helpende hand toe te steken. En dus niet omdat wij op deze Zondag alleen dit Evangelie lezen, maar dat wij altijd klaar staan om die helpende hand toe te steken, dus ook als het ons even niet zint of uitkomt.

In diepere zin, betekent dit verhaal dat de oude Wet (de priester en de leviet) de stervende mens niet heeft kunnen bijstaan. Het Nieuwe Verbond echter reikt Gods genade toe door de H.Sacramenten (verzinnebeeld door de olie en de wijn die op het slachtoffer gegoten worden). Het slachtoffer wordt geleid in de herberg om hem te verzorgen, dat is de Herberg van de Kerk. De twee penningen symboliseren het Oude en het Nieuwe Verbond met op de penning het beeld van de Hemelse Koning die voor deze prijs onze wonden komt genezen. 

De conclusie van dit Evangelie is wel heel bijzonder wanneer de Heer aan de Joodse Wetgeleerde vraagt wie zijn naaste in dit verhaal was. Het antwoord van de Wetgeleerde is verbijsterend: "diegene die Barmhartigheid heeft betoond". Het woord "Samaritaan" komt niet eens over zijn lippen. Christus de Heer veroordeelt hem daarover niet, maar geeft aan dat diezelfde barmhartigheid ook door de Wetgeleerde zal moeten worden uitgevoerd. Immers, als wij niet barmhartig zijn voor een ander, waarom zou God dan wél barmhartig zijn voor ons? 

De lezingen in de Buitengewone Vorm van de Liturgie zijn als volgt:

Epistel: 2 Kor. 3; 4-9
Evangelie: Marcus 10; 23-37
Liturgische kleur: Groen.