Zevende Zondag na Pinksteren

Denkt u werkelijk dat een slechte boom met slechte vruchten door God goedgekeurd zal worden? Denkt u soms dat een mens zalig kan worden, zonder de wil van de Vader te hebben gedaan? De Heer legt uit in de Zevende Zondag na Pinksteren dat een slechte boom wordt omgehouwen en dat niet iedereen die 'Heer, Heer' roept, het Rijk der Hemelen zal binnengaan. Wie gaan dan wél binnen? Dat zijn de mensen met goede vruchten, dat zijn de mensen die de wil van de Vader hebben gedaan. Moet dat betekenen dat wij dan iets bijzonders moeten doen voor de Eeuwige Vader? Neen, Hij wil dat wij zijn Wil doen. Dus een eenvoudige huisvrouw die haar kinderen goed verzorgd heeft en een nederige positie heeft behouden, die zal zeer zeker zalig worden. Zij heeft immers de Wil van de Vader gedaan. Zo iemand krijgt zelfs meer: zelfs een stoel in de hemel wordt aan die vrouw gegeven, zeg ik u.

Wij moeten dus niet alleen de Heer in uiterlijkheden navolgen en de inhoud (het geloof) verwaarlozen, want dan lijken we op die domme maagden die wel de lampen klaar hadden staan, maar het meest wezenlijke vergaten: de olie, waardoor ons geloof brandende wordt gehouden. De olie zijn onze gebeden, het ontvangen van de Sacramenten in de goede gesteltenis, ons daadwerkelijk geloof. Daar gaat het om.

De Heer waarschuwt ons deze Zondag voor de valse profeten, die een valse leer verkondigen. Die moeten wij mijden en hun boeken zeker niet lezen. Ze behoren tot de groep van geloofsafvalligen of afgevallen theologen, om maar een paar te noemen. We moeten goede katholieke boeken lezen, waarvan bekend is dat zij ons geloof kunnen voeden. Alles wat daaraan afbreuk doet, moeten wij vermijden. 

In de buitengewone Vorm van de Romeinse Liturgie zijn de lezingen als volgt:

Epistel: Brief aan de Romeinen 6; 19-23

Evangelie: Matteus 7; 15-21

Liturgische kleur: Groen.