maandag 6 augustus 2018

De Gedaanteverandering van de Heer en de doodstraf

Het mag misschien vervelend zijn in het Vaticaan, maar onze godsdienst heeft wel degelijk lijnen lopen naar de doodstraf die nu zo verfoeid wordt, en dat zelfs tegen de regels in de Catechismus van de Katholieke Kerk wordt aangepast. Ik zal het trachten u uit te leggen: zonder de Kruisdood van de Heer, was de hemel voor de rechtvaardigen die in het Voorgeborchte verbleven, niet geopend. Zonder de Kruisdood van onze Heer, had de menselijke dood geen zin in het licht van de dood van Christus. Zonder de Kruisdood van onze Heer, had de goede moordenaar aan het kruis geen uitzicht op het paradijs door Christus zelf beloofd. Ook de Heer zelf heeft in zijn Almacht niet gewild dat de doodstraf zou worden afgeschaft. Zie immers wat op Golgotha is gebeurd! Zonder de doodstraf hadden wij geen martelaren die nu in de Hemelse Glorie verblijven. Als er geen Kruisdood zou hebben bestaan voor onze Heer, dan was de Gedaanteverandering op de berg Tabor immers zinloos. 

Bovendien heeft de Heer de Apostel Petrus zelf persoonlijk bestraft, omdat die het onacceptabel vond dat Jesus de doodstraf en een lijdensweg zou ondergaan. De Heer zegt het heel treffend tegen Petrus: "Want gij zijt niet bedacht op wat God wil, maar slechts op wat de mensen willen." (zie Matteus, hoofdstuk 16;22-23)

De Heilige priester Johannes van Damascus (+750) heeft het zo verwoord, zoals het beschreven staat in het Breviergebed voor 6 augustus:

Alles heeft zijn tijd zegt Salomo (Pred. 3;1). Zo is er ook een tijd voor alles wat mooi is. Dit mocht daarom niet beperkt blijven tot de apostelen op de Tabor. Over allen die geloven moest het goede worden uitgestort en verspreid om meer mensen deelachtig te maken aan deze weldaad. Dat heeft Christus door zijn Kruis, Lijden en dood willen bereiken. Het zou niet mooi geweest zijn als de Heer op de Tabor gebleven was, want Hij had toch het vlees aangenomen om met zijn eigen bloed zijn schepselen vrij te kopen.
Als de Apostelen op de Tabor gebleven waren, was de belofte niet in vervulling gegaan; dan was Petrus geen sleuteldrager geworden, dan was voor de moordenaar het paradijs niet opengegaan. De trotse heerschappij van de dood was niet verpletterd. Het dodenrijk was niet onze buit geworden. Adam was niet gered; Eva niet verlost, de Aartsvaders, de profeten en de andere rechtvaardigen waren niet uit de schuilhoeken van het dodenrijk bevrijd, onze menselijke natuur was niet met onsterfelijkheid bekleed...

Laten ze dat in het Vaticaan in hun oren knopen voordat men over één nacht ijs gaat om iets te veranderen in de Catechismus zodat dit tegen de natuurwet en tegen het Depositum Fidei in gaat. Het voortdurend buigen naar de wereld begint een regelrechte ergernis te worden, zoals de Heer het zelf immers verwoord heeft tegen Petrus.