maandag 4 december 2017

NOS komt met nepnieuws over Bijbelboek

Je kunt bijna de klok op gelijk zetten: zo rond de tijd van de feestdagen, zoals Pasen en Kerstmis, verschijnen in de kranten vaak berichten die de bedoeling schijnen te hebben het Katholiek Geloof aan te vallen. Want precies juist in deze Adventsperiode verscheen een bericht bij de NOS (Nederlandse Omroep Stichting) dat een verloren gewaand Bijbelboek, de Openbaring van Jacobus was "teruggevonden". Een specialist van de Nederlandse Universiteit klom ogenblikkelijk in de pen om een heel groot vraagteken te plaatsen bij de claim van de NOS. De niet-geïnformeerde Katholieke leek die dit leest moet oppassen om niet in een valkuil te vallen, vandaar ook de waarschuwing vooraf. De tekst van de NOS is hier te lezen. Als u daar mee klaar bent, lees dan het commentaar van Cornelis Hoogerwerf MA. Die maakt van de NOS-claim snel brandhout. 

Om het kort te houden: Er is helemaal geen sprake van een nieuw gevonden Bijbelboek, want dit boek was - volgens Hoogerwerf - al decennia eerder bekend. Deze vervalsing is nooit door de meerderheid van de Christenen in de oude tijden als Canoniek beschouwd en werd snel terzijde geschoven. Het boek heeft ook nooit enige kans gemaakt om in de Bijbel te worden opgenomen, aangezien dit zeker om een hele goede reden gebeurde. 

Maar er is nog meer. In de "vertaling" op de website van de NOS wordt Jacobus niet de broeder des Heren, maar de "broer" van Jesus genoemd. Dat is al sowieso compleet fout, want de vader van Jacobus de Meerdere was Zebedeüs, samen met zijn broer Johannes. Om een verschil te maken tussen de ene Jacobus en de andere genoemd in het Evangelie, spreken we van Jacobus de Meerdere en Jacobus de Jongere (of Mindere). Maar ook Jacobus de Jongere was geen broer in eigenlijke zin van Jesus, aangezien de vader van Jacobus de Jongere, Alfeüs was. Vanuit het Hebreeuws is het wel toegestaan om van "broeders" van Jesus te spreken, dus in dit geval zou het mogelijk zijn neven zijn geweest. 

Bovendien is sinds de vroegste tijden de algemene overlevering geweest dat Jesus nooit broers heeft gehad in de eigenlijke zin en dat zijn Heilige Moeder Maria altijd maagd is gebleven. Dit blijkt ook uit de dogmata over de Drievoudige Maagdelijkheid van Maria. Vooral dat laatste, haar maagdelijkheid, wordt bewezen uit de H.Schrift zelf (zie Lukas Evangelie) waarin de Moeder van God duidelijk aan de engel uitlegt getrouwd te zijn, maar maagd te willen blijven en geen "man bekent". Het Joodse huwelijk was namelijk in die dagen al een feit bij de verloving. Bij ons is de verloving en het huwelijk gescheiden, maar dat was in die dagen in het H.Land niet zo. Het is dus klinklare nonsens om van een broer van Jesus te spreken.

Voorts komt in het NOS-artikel cultuurhistoricus Jacob Slavenburg om de hoek kijken, die in het verleden duidelijk te kennen heeft gegeven geen vriend van de orthodoxie te zijn. Hij deed dit door hoog op te geven aan de Gnostieken en de vertalingen die hij maakte. Hoogerwerf zegt over Slavenburg: "In het NOS-artikel krijgt cultuurhistoricus Jacob Slavenburg het woord, die, om het diplomatiek te zeggen, een nogal bijzondere visie heeft op de oorsprong van het Christendom."

Tot slot: De Heilige Apostel Paulus waarschuwt in een brief aan Timoteüs juist voor de Gnosis. In de PC-Bijbel die o.a. vertaald is uit het Grieks staat: "Timoteüs, bewaar het toevertrouwde pand. Wend u af van de profane beuzelpraat, van de twistvragen der zogenaamde Kennis (Gnosis), waartoe sommigen zich hebben bekend en het spoor in het geloof zijn bijster geworden..." (1 Timoteüs hoofdstuk 6, verzen 20-21).

Dus al vanaf Apostolische tijden stond de opkomst van de Gnosis in een kwade reuk. Een duidelijke aanwijzing, dat de boeken en conclusies van Slavenburg gemeden moeten worden voor hen die het Katholieke Geloof trouw willen blijven.

Post Scriptum: Voor wie het Grieks machtig is staat in de Griekse Bijbel de volgende passage: 20 Ὦ Τιμόθεετὴν παραθήκην φύλαξονἐκτρεπόμενος τὰς βεβήλους κενοφωνίας καὶ ἀντιθέσεις τῆς ψευδωνύμου γνώσεως21 ἥν τινες ἐπα ε όμενοι περὶ τὴν πίστιν ἠστόχησανἩ χάρις ⸂μεθʼ ὑμῶν⸃.

Het vet gedrukte en onderstreepte gedeelte leest: Gnoseos = Gnosis. Dus het is aantoonbaar dat al in Apostolische tijden de Gnosis in een kwade reuk stond, en dat staat los wat de bestrijders van de orthodoxie menen te moeten zeggen over de Kerkvaders. De waarschuwing voor de Gnosis staat al in de H.Schrift in een brief aan Timotheüs van de H.Apostel Paulus.