Christus wordt in de woestijn bekoord door de duivel. De duivel meent de Heilige Schrift te moeten gebruiken om Christus op andere gedachten te brengen. Maar de uitleg die de duivel geeft aan de H.Schrift is niet de uitleg die Christus er aan geeft. Onze Heer laat zien dat de interpretatie van de H.Schrift bij Hem juist is, maar de interpretatie van de duivel levert alleen verkeerde en dode werken op. Ware exegese is de exegese die Christus toepast. Valse exegese vind je bij de duivel. En ook de methode van het kwade valt op: met de H.Schrift in de hand Christus (de Kerk) aanvallen. Een werkwijze die helaas nog steeds veelvuldig - tot op de huidige dag - wordt gebruikt door de tegenstanders van de Kerk. Men probeert een andere uitleg te geven aan het Woord van God met de bedoeling een strik te spannen voor de gelovigen.
De duivel probeert het kwaad en de bekoringen aan Christus als iets aanlokkelijks voor te stellen, maar de bekoringen van Christus waren slechts uitwendig. In de ziel van de Zaligmaker kon zelfs geen onvrijwillige neiging tot zonde ontstaan.
Onze Heer geeft aan de duivel een ontwijkend antwoord (Matteus hoofdstuk 4, vers 4) en Hij gebruikt een stuk uit Deuteronomium hoofdstuk 8 vers 3. De duivel probeert Christus over te halen om zijn vasten te onderbreken reeds vóór de door God bepaalde tijd, maar slaagt daarin niet.
Onze Heer laat zien dat het vasten de deugd van het geduld tot doel moet hebben. In het werk De Dialoog van de Heilige Catharina van Siëna wordt dit ook zo uitgelegd. Anders wordt vasten een leeg begrip die de Heer des Hemels weinig zal bevallen. Dit is niet alleen in het geval van het vasten zo, maar alles moet samengaan met de de deugd van de liefde, zoals de H.Apostel Paulus in zijn brief heeft uitgelegd in 1 Korintiërs hoofdstuk 13. Anders veranderen wij in een rammelend cimbaal of een rinkelend bekken.
De monnik Izaak de Syriër heeft een mooie overweging gepubliceerd die het lezen meer dan waard is. Hij legt uit dat Satan al zijn bekoringen aan de Heer moest opgeven en dat de tegenstander ook hetzelfde moet doen als de mens dit wapen van Heer in handen krijgt:
Allen die op weg gaan om Hem te volgen, doen voortaan hetzelfde: op dat fundament zetten ze het begin van hun strijd, want het wapen is gesmeed door God. En wanneer nu de duivel dit wapen in de hand van de mens ziet begint deze tegenstander en tiran bang te worden. Hij herinnert zich al snel dat hij verslagen werd door de Heer in de woestijn, hij herinnert het zich, en zijn kracht is gebroken. Hij kwijnt weg als hij het wapen ziet dat ons gegeven is door Diegene die ons in de strijd leidt. Welk wapen is het meest krachtig en doet het hart weer opleven in de strijd tegen de geesten van het kwaad? (Izaak de Syriër)
Wie de veertigdagentijd wil gebruiken met de enige intentie om af te vallen is dus verkeerd bezig. De echte intentie moet zijn: door het vasten sterker te worden in de strijd tegen het kwade.