In die tijd zei Jesus tot zijn leerlingen: "Mijn schapen luisteren naar mijn stem; Ik ken ze en ze volgen Mij. En Ik geef hun het eeuwig leven; ze gaan in eeuwigheid niet verloren, en niemand rooft ze weg uit mijn hand. Wat mijn Vader Mij heeft gegeven, is het kostbaarste van alles, en niemand kan het roven uit de hand van mijn Vader. Ik en de Vader zijn één."
In de roepingenzondag op de Vierde Zondag na Pasen komt het woord roeping naar voren. Roeping moeten we ook zien als de plaats waar je het beste jezelf kunt ontplooien omdat je gewoon in je hart weet dat je daar ook thuishoort. Dat kan zijn een beroep, een ambacht, maar ook kun je de roeping ontdekken om een Katholiek gezin te stichten. Een kleine groep van mensen zullen zich geroepen voelen om priester, diaken of religieus te worden.
Vooral bij dat laatste kan het zijn dat je een grondig onderzoek moet doen of je inderdaad die roeping wel hebt. Want niets is zo funest als je later tot je schande bemerkt dat je eigenlijk die roeping niet had. In een aantal gevallen kan dat zelfs leiden tot het verlies van je ziel. Daarom moet je bij een priesterroeping dit goed onderzoeken en kijken of er niet een andere reden is waarom je die richting kiest. Het kunnen je vrienden, ouders en gezinsleden zijn die je daartoe willen brengen. Maar zo mag een priesterroeping niet tot stand komen. Je zult goed naar de taal van je hart moeten luisteren, naar de stem van God in je geweten, je toeleggen op veel gebed, God om licht vragen om je roeping te kennen, het ontvangen van de H.Sacramenten (in de juiste gesteltenis) en de raad van wijze mensen inroepen en opvolgen of je inderdaad de juiste keuze hebt gemaakt. Dit kan best een langdurig proces worden, maar die tijd is ook echt nodig. Is die keuze juist, dan staat er weinig nog in de weg om een vervolgtraject op te starten.
Maar afgezien van het priesterschap, het diaconaat en het religieuze leven, zijn er genoeg leken die zich volledig aan God hebben toegewijd en zelfs de Evangelische raden van gehoorzaamheid, kuisheid en armoede hebben eigen gemaakt. Ook dát is een roeping. We kunnen als werkers in Gods wijngaard allerlei verschillende roepingen hebben, al naar gelang onze staat, en de plaats waar God ons graag wil hebben. We moeten immers zijn Heilige Wil doen. Niet de onze.
1e lezing: Hand.13,14.43-52
2e lezing: Apok.7,9.14b-17
Evangelie: Joh.10,27-30
Jaar: C. Kleur: Wit.