Er zijn bedrijven die mensen testen op hun kunde en de werknemer vragen om een oordeel over zichzelf te geven. Dus over wat men kan en niet kan. Niet zelden zijn de uitslagen verrassend: er zijn werknemers die zich duidelijk overschatten en misschien ook de collega's onderschatten. De fouten van die collega's hoe klein ook worden breed uitgemeten, maar de eigen grote fouten en zonden worden niet benoemd. Natuurlijk ziet de ander dit ook en zal hem terecht voorhouden dat hij eerst zijn eigen straatje moet schoonvegen.
Om te voorkomen dat je wel de splinter in het oog van je broeder ziet, maar niet de balk in je eigen oog, moet je zelfkennis hebben en eerlijk durven zijn over jezelf. En soms is het toegeven van je grote fout (de balk) aan je collega's juist een eyeopener voor hen: zij zien iemand die eerlijk en ruiterlijk toegeeft een arme zondaar te zijn. De deugd van de nederigheid straalt als het ware met een eerlijk vonnis over zichzelf naar buiten en neemt ook de menselijke barrières weg die tussen collega's kunnen opdoemen.
Het is inderdaad niet makkelijk om zelf toe te geven dat je grote zonden hebt. Sommigen hebben nooit het Sacrament van de Biecht ontvangen in de veronderstelling dat ze nooit iets fout hebben gedaan. Maar dat is eerder een teken van hoogmoed dan van nederigheid. Deze mensen kun je het beste indelen in de heiligen die hun eigen "hagiografie" hebben geschreven.
Maar het is natuurlijk niet zo dat wij geen zondaars zijn. De Apostel Johannes zegt het gewoon onomwonden:
Als wij beweren dat wij niet hebben gezondigd, dan bedriegen wij onszelf en dan leeft de Waarheid niet in ons. (1Joh. 1;8)
Daarom moet een Christen de eerste zijn om zichzelf tegen het licht te houden en de grote fouten eerlijk erkennen. Anders is genezing van de kwaal niet mogelijk. Wat heb je er immers aan om bij een dokter met je wond aan te komen zetten, en hem te zeggen dat je geen wond hebt? Kan iemand zo worden genezen? Daarom moeten wij ook tegen Jesus onze Geneesheer eerlijk zijn en onze fouten erkennen. Dan is Hij zo goed om ons te genezen in het Sacrament van Boete en Verzoening. Dan pas mogen wij iets zeggen over de kleine fouten, de splinters, in het oog van onze broeders.
1e Lezing: Sir.27,4 - 7
2e Lezing: 1 Kor.15,54 - 58
Evangelie: Lc.6,39 - 45