zaterdag 26 januari 2019

Derde zondag door het Jaar - Horen of luisteren

Het is alsof alles maar flitsend moet zijn. Op steeds meer plaatsen worden lichtshows gehouden en gebouwen, ja zelfs kerken, worden op een bijzondere manier uitgelicht. Als u bij een avond televisie kijken eens het licht uitdoet, dan wordt de kamer gevuld met flitslicht in allerlei kleuren die van het beeldscherm afspatten.

We lopen hierbij het gevaar dat al die lichtglans ons afhoudt van waar het nu werkelijk om gaat. In de lezingen van vandaag en ook hier in de kerk gaat het er een stuk rustiger aan toe, waardoor het voor de moderne mens vaak als saai en vervelend overkomt. Velen gaan zich in de kerk zitten ‘vervelen’, zodat dit ook weer de aandacht afleidt van waar het nu werkelijk om gaat.

Op de eerste plaats wordt er in de kerk voorgelezen uit de Bijbel en daarna komt de uitleg. Het gaat op de eerste plaats om de verkondiging van het voorgelezen Woord van God. Met hoe meer sensatie wij dit Woord willen brengen, des te meer wordt die boodschap afgezwakt of zelfs ontkracht. En onze tegenwoordige ‘luisterhouding’ draagt ook haar steentje niet bij.

Wij staan ver af van de mensen die in de eerste lezing toegesproken worden door de profeet Ezra en die door het voorgelezen woord als het ware uit hun dak gingen van vreugde. Hetzelfde Woord komt nu tot ons. Het zal ons waarschijnlijk niet zo gauw van blijdschap doen opspringen, veeleer hebben wij een houding van: eerst maar eens zien. Zo waren de ogen van de mensen in de synagoge waar Jesus voorlas gespannen op Hem gericht. Ze wilden wel eens zien en horen wat Hij nu te zeggen had.

Hoe wij het ook wenden of keren, het Woord van God raakt ondanks alles toch het hart van mensen. Het kan ons niet onverschillig laten, het roept altijd een reactie op. Als wij open staan voor de werking van Gods Geest in ons leven zullen de voorgelezen woorden iets met ons doen. Het zal de als ‘gortdroge stortvloed’ ervaren woorden doen gaan leven, het zal kleur gaan geven aan het leven. We mogen zo ons steentje er toe bijdragen dat het Schriftwoord in vervulling gaat. Dat Gods Woord ons mag bezielen, dat het onze vreugde wordt en ons zielsgelukkig mag maken (vgl. Jer. 15,16).

Tekst: Bezinning op het Woord.

1e lezing: Neh.8,2‑4a.5.6.8‑10
2e lezing: 1 Kor.12,12‑30 of 12‑14.27
Evangelie: Lc. 1,1‑4;4,14‑21