Wie tegenwoordig vrijwillig zijn lijden wil opdragen aan de Heer uit liefde tot Hem, wordt bekeken of hij van een andere planeet komt. Het lijden is in onze maatschappij zó weggedrukt en wordt zó ontkend dat er gesproken wordt van: "laten wij de euthanasie toestaan", zoals velen deze verkeerde en slechte weg zijn voorgegaan. Gelukkig bestond er geen euthanasie in de Middeleeuwen zoals wij die nu kennen, want anders hadden wij nu geen Heilige Lidwina van Schiedam gehad. Veel mensen beseffen niet dat er na een tijd van geluk op Aarde, ook nog een tijd van lijden en afzien te wachten staat. Maar hoevelen beseffen dit en weten dit lijden op te dragen aan God als een offer? Het is een overduidelijke les dat de Heer het lijden niet wegneemt, maar een zin aan geeft. En die religieuze zingeving heeft onze maatschappij bijna volkomen verloren. Hierdoor ontstaat bij iemand die lijdt en zonder God leeft al snel de weg naar de wanhoop: hij of zij weet immers het lijden geen plaats te geven. Dat geldt evenzo bij het verlies van troost. Wie de volmaakte liefde tot God heeft, die vindt het niet erg geen troost te ontvangen. Heel vaak echter is onze liefde tot God nog onvolmaakt en onze levensweg op Aarde moeten wij gebruiken om bij Hem te komen.
Voor de Heilige Lidwina van Schiedam waren de eerste drie tot vier jaren van haar ziekte (door een valpartij op het ijs waardoor ze haar heup brak) jaren van innerlijke strijd, droefheid en veel tranen. Haar biechtvader Johannes Pot - die haar de Communie bracht - heeft haar daarop aangedrongen om zich over te geven aan de Wil van God en het Lijden des Heren te overwegen. Dat heeft bij haar uiteindelijk geleid tot het ontvangen van heel veel troost. Het bleek later de weg naar de volmaaktheid te zijn die de Heer voor Lidwina had voorbereid, want zelf vertelde ze dat als zij "door het bidden van één Weesgegroet haar algehele genezing zou kunnen verkrijgen, dan zou ze dit toch niet doen of wensen".
De weg naar de volmaaktheid kan een lange weg zijn, maar men mag nooit wanhopen! De Heer staat ons altijd bij in ons leven, en als er omwille van de Goddelijke Voorzienigheid de nodige troost gegeven moet worden om ons in onze levensweg te sterken, dan zal Hij dat zeker doen. Hij verlaat zijn vrienden nooit!