woensdag 10 februari 2016

Vasten doe je niet voor je lichamelijke gezondheid

Lofwaardig is het initiatief wel: sommigen willen deze veertigdagentijd geen alcohol meer drinken voor de gezondheid. Maar de Veertigdagentijd, de vastentijd, is niet een tijd om je met je lichamelijke gezondheid bezig te houden als doel op zich. Zoals het gebed van de Kerk dan ook vraagt is het zich onthouden van dingen of voedsel met een bepaalde bedoeling ingesteld. Door het onthouden van allerlei dingen word je sterker in de strijd tegen het kwaad, juist door het beoefenen van de matigheid. Door de daden van boetvaardigheid en naastenliefde bedwingen we onze neiging tot het kwade. 

In Jesaja hoofdstuk 58 vers 3 t/m 7, zien we duidelijk wat een vals vasten is. Leest u maar even mee:

Waarom ziet Gij niet dat wij vasten? Weet Gij niet dat wij ons vernederen? Ziet, op uw vastendag zoekt gij uw voordeel, en beult gij uw arbeiders af. Ziet, gij vast onder kijven en twisten, en slaat er ruw met de vuisten op in. Neen, zoals gij nù vast, zal uw stem in de hoge niet worden gehoord! Is dit soms een vasten, die Mij aangenaam is? Zijn hoofd laat hangen als een riet, in zak en as gaan liggen: Noemt ge dat soms een vasten, dat soms een dag die de Heer behaagt?

Daarom is de Veertigdagentijd ook een tijd om de deugd van de vriendelijkheid en de zachtmoedigheid jegens onze naasten te tonen. Laten we daarom niet bitter doen tegen elkaar, en als we dan toch een fout gemaakt hebben, laten we daarom vergiffenis aan elkaar vragen, maar ook aan God in het H.Sacrament van Boete en Verzoening. Jesus onze Heer gaat slechts schuil achter de priester en Hij wacht op ons om vergiffenis te schenken. 

In het Nieuwe Testament legt Christus tevens uit dat de mensen niet moeten vasten om op te vallen of door de mensen te worden geëerd. Deze mensen hebben inderdaad hun loon (van de mensen) al ontvangen. Als wij vasten, dan doen we dat voor de Heer in de juiste gesteltenis. Zie daarvoor het Evangelie naar Matteus hoofdstuk 6 verzen 1 t/m 18. 

De Veertigdagentijd is ook van belang in de opgang naar Pasen. Veertigdagen lang verstomt het gejubel in de Kerk en het Gloria blijft achterwege in de Liturgie. De Kerk doet boete en verkeert in rouw. Wie immers deze Veertigdagentijd intens wil beleven en de regels van het vasten en onthouden volgt zoals de Kerk die voorschrijft, zal ook des te vreugdevoller het Pasen van onze Heer kunnen vieren. De Opstanding van de Heer wordt dan op een intens vreugdevolle manier beleefd. Dan Jubelt de Kerk pas echt, en deze Jubelzang blijft 50 dagen duren.