zaterdag 9 januari 2016

Doop van de Heer

Op zondag 10 januari vieren we het feest van de Doop van de Heer. Een terugkomend thema waar vandaag, zelfs onder gelovige Christenen, verwarring over bestaat: de Doop van de Heer door Johannes de Doper, moet zeker niet verward worden met de instelling van het Heilig Sacrament van het Doopsel. Om het even uit te leggen: Johannes de Doper diende een doopsel toe dat een teken was voor boetvaardigheid, waardoor zij die het ontvingen, hun verlangen te kennen gaven, van hun zonden gereinigd te worden.
Christus onderging het doopsel van Johannes als een daad van nederigheid en geeft ons een voorbeeld dat wij hetzelfde moeten doen. Wij moeten de weg van diezelfde nederigheid en boetvaardigheid gaan, en ook wij moeten het verlangen hebben ons van zonden te laten reinigen. Natuurlijk hoefde onze Heer dit niet zelf te doen: Hij is immers altijd zonder zonde geweest. De regel die Jesus ons voorleeft geldt dus voor ons. Waarom zou Hij immers ons iets voorleven? 

In de Katholieke Kerk zijn twee H.Sacramenten van belang om ons van zonden te reinigen: het H.Sacrament van het Doopsel (waardoor wij de Eerste Heiligmakende Genade verkrijgen. De erfzonde en de andere zonden worden uitgewist, we krijgen het Christelijke merkteken in de ziel. Het maakt ons tot kinderen van God, leden van de H.Kerk en erfgenamen van de Hemel) en het H.Sacrament van Boete en Verzoening, de Biecht. Dit Sacrament is van belang als er zonden worden bedreven die ná het Doopsel zijn begaan. Paus Franciscus heeft onlangs nog iedereen aanbevolen dit Sacrament te ontvangen, want God wil ons heel graag vergiffenis schenken. Wie echt voor de gerechtigheid wil leven kan niet buiten beide Sacramenten om. Het H.Doopsel is noodzakelijk voor ons heil. Daarom is het altijd aan te bevelen om kleine kinderen zo snel mogelijk het H.Doopsel te laten ontvangen.